De algemene vergadering van de Council of European Municipalities and Regions (CEMR), de Europese koepelorganisatie van lokale en regionale overheden, gaat eens per drie jaar in op de toekomstige ontwikkeling voor gemeenten en regio’s. Op de conferentie van afgelopen week stonden onderwerpen als klimaatverandering en energie, economische groei en samenwerking centraal. Ruim 900 deelnemers uit zo'n veertig landen gingen met elkaar op zoek naar voorbeelden waarin we van elkaar kunnen leren. Uit Nederland waren verder de provincies Drenthe en Gelderland, de veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond en de belangenverenigingen IPO (provincies) en VNG (gemeenten) aanwezig.

Gemiddeld genomen ben ik positief over onze deelname aan de conferentie. De tegenvallende plenaire lezingen werden ruimschoots gecompenseerd door interessante werkbezoeken en deelsessies; daarnaast was er natuurlijk ook volop gelegenheid voor informele contacten. Een toevallige maar zeker interessante bijkomstigheid is de parallel die er lijkt te zijn tussen de samenwerking in de Deens-Zweedse regio Oresund en onze regio Amsterdam-Almere. In de regio Oresund werken twee gebieden samen die elkaar in sociaal-economisch opzicht erg aanvullen. Toevalligerwijs is de samenwerking pas echt in een stroomversnelling gekomen nadat de bekende Oresundbrug werd gebouwd . . .

Het meest inspirerend -en daarmee belangrijk voor het succes- zijn voor mij de contacten met andere deelnemers aan de conferentie. NIet geheel toevallig zijn bijvoorbeeld ClasGöran Carlsson uit  het Zweedse Ljungby, Hanna Birna Kristjánsdóttir uit Reykjavik, Luc Denys uit het Belgische Schaarbeek en Nadja Hirsch uit München met dezelfde vragen bezig als een statenlid uit Flevoland: hoe kunnen we ons dorp, stad of regio nog mooier, beter, veiliger, socialer, duurzamer en leefbaarder maken. Daarin kunnen we veel van elkaar leren en daarom ben ik blij dat ik aan deze conferentie deel mocht nemen!

Roelof Siepel